West- en Midden-Brabant - Variation with offshore wind

  • West- en Midden-Brabant 2050
  • Last updated
Open this scenario

West- en Midden-Brabant 2050

Scenario gebaseerd op de twee regionale energiestrategieën voor West-Brabant (“Ons2050”) en voor Hart van Brabant


Dit scenario is opgesteld in opdracht van de Waterschappen Brabantse Delta.

Dit scenario is een variatie op het basisscenario. In deze variatie is de stroomproductie van 2 GW aan windmolens op zee toegekend aan de regio. Hiermee kunnen in de regio de opgestelde vermogens aan windmolens op land met 2.5 GW en die zonneparken met 3 GW afnemen.

De overige aannames zijn dezelfde als in het basisscenario en staan hieronder herhaald.



Scenario-instellingen

Algemeen
  • Waterstofkansen: Overschotten zon en wind worden omgezet in waterstof. Dit geeft een grote potentie (~20 PJ) aan waterstof voor transport en industrie.
Huishoudens
  • Isolatie: Een gemiddelde hoeveelheid isolatie. Gemiddeld 0.7 (m2K/W) in oude woningen en 2.0 (m2K/W) in nieuwe woningen. Zorgt voor een reductie van 4 PJ.
  • Ruimteverwarming en warm water: Nu gekozen om in te zetten op een mix van CV-ketel (met groen gas), Warmtenet, Luchtwarmtepomp, Hybride warmtepomp en kleine restgroep misschien een elektrische boiler.
  • Warmtenet: Voor het warmtenet is een mix gekozen van geothermisch, collectieve warmtepomp, een waterstofketel, en grootschalige stadsverwarming met restwamte.

Gebouwen

  • Isolatie: Er is gekozen voor vergaande isolatie van gemiddeld 2.0 (m2K/W), zorgt voor een reductie van 14.5 PJ. Al is er wel gekozen voor een behoorlijk groei van gebouwen met 1% per jaar. Lagere groei zorgt vor minder vergaande isolatie.
  • Ruimteverwarming: Er is gekozen voor een mix van EL warmtepomp WKO, Gaswarmtepomp, Zonthermisch, Biomassa en een Warmtenet.
  • Warmtenet: Mix van geothermisch en grootschalige stadsverwarming met restwarmte.

Industrie

  • De industrie heeft een effientieverbetering van 1%.
  • Waterstof: Met name in de voedsel- en de chemiesector zijn de waterstofoverschotten vanuit de elektriciteitsproductie ingezet.

Transport

  • Personenvervoer: Het personenvervoer is volledig geelektrificeerd.
  • Vrachtwagens: Het goederenvervoer bestaat uit een mix van elektrificering, waterstof en (bio-)diesel.
  • Binnenvaart: De binnenvaart gebruik (bio-)diesel.

Landbouw

  • De landbouw haalt zijn warmtevoorzieing uit geothermie, waterstof, elektrische warmtepomp (WKO) en een grootschalig warmtenet met restwarmte.

Energieopwek

Als leidraad is de opgewekte PJ uit de POSAD-studies gevolgd. Hieruit volgt de benodigde capaciteit

  • Total opwek 2050: 100.8 PJ
  • Wind: 48.9 PJ (2250 windmolens van 3 MW op land)
  • Zon: 33.7 PJ (85% daken huishoudens, 80% daken gebouwen en 410 zonneparken
  • Geothermie: 4.2 PJ (Geothermie voor landbouw is 3.1 PJ, voor gebouwen 0.5 PJ en voor huishoudens 0.6 PJ)
  • Biomassa: 5.4 PJ lokaal beschikbaar. Totaal primair gebruik is 40 PJ

Kosten

  • De kosteninputs zijn hetzelfde als in het Rli 95% scenario

Flexibiliteitsopties

Overschotten van elektriciteit worden:

  • Opgeslagen in elektrische auto’s & thuisbatterijen
  • Omgezet in waterstof
  • Omgezet in warmte voor de chemie en voor de voedselindustrie